Van Dalepark geschiedenis

GESCHIEDENIS VAN HET VAN DALEPARK

Prent met de Poedertoeren.De poedertoren

Een rijke Antwerpenaar, Pieter van Dale, jurist en oud-student van de universiteit, stichtte dit college in 1569. Van Dale was kanunnik van het Onze-Lieve-Vrouwkapittel te Antwerpen en deken van de Sint-Maartenskerk in Aalst. En zijn college was bestemd voor beursstudenten uit Antwerpen en Aalst – twaalf in getal – met een voorkeur voor familieleden en streekgenoten. Hij kocht een bestaande ridderwoning in de Naamsestraat en begon meteen aan een nieuwbouw in renaissancestijl. De in 1571 ingewijde kapel kreeg een speelse campanile mee, een klokkentorentje met rondboogopeningen. In de 16de en 17de eeuw gold het college als een van de fraaiste gebouwen in de stad. De landvoogden of andere hoge gasten op doorreis werden er ondergebracht. In de 18de eeuw kwam nog een binnenplaats tot stand, met waterpomp en duiventil. De president woonde in het riante Lodewijk XV – paviljoen dat uitziet op de tuin. Sinds 1986 wonen er opnieuw studenten (een zestigtal) in het college dat tevens plaats biedt aan de diensten voor studenten-voorzieningen. Het geheel is brandschoon gerestaureerd en daarvoor verwierf de universiteit in 1992 de Europa Nostra prijs. De hele collegesite is sinds 2009 beschermd als ‘monument’.

De naar het westen afhellende tuin was opgedeeld in drie delen. De meest vlakke zone bij de collegegebouwen werd door een muur met rondboogdoorgang afgesloten van een wijngaard en een boomgaard bij de Schapenstraat. De tuin staat in verbinding met het Raamstraatje, een steegje dat dienst deed als begrenzingsweg tussen twee eigendommen. Dit Rambergparkje is eveneens beschermd sinds 2009.

De twee tuinen worden sinds enkele jaren beheerd door de stad Leuven. In 2017 werd er een natuurleerpad ingericht, het Dijlewolvenpad. Dat kan nu als buitenklas gebruikt worden door de centrumscholen van Leuven.


Van Dale-college anno 1569

Van Dale-college: binnenplaats met waterpomp